Alle artikelen

Pianist als medicijn in het ziekenhuis

  • Categorie: Fysiek gezond
  • Categorie: Interview
  • Leestijd: 4 min
  • Datum: 7 maart 2019

Iris Hond treedt niet alleen op in theaters, maar ook in ziekenhuizen, opvanghuizen en andere zorginstellingen. Daar speelt ze piano alsof haar leven - en dat van anderen - ervan afhangt. "Met muziek kun je geen ziekten genezen, maar het kan wel helpen."

Je treedt vaak op voor mensen die ziek, dakloos of verslaafd zijn. Kan muziek een medicijn zijn?

“Muziek is een medicijn voor je hart, voor je emoties. Met muziek kun je geen ernstige ziekten genezen, maar het doet veel met mensen en kan zeker bijdragen. Bij demente ouderen is dat heel duidelijk; daar zijn mooie documentaires over gemaakt, zoals Alive inside. Muziek komt direct binnen, mensen zuigen het op als een spons. Muziek heeft invloed op je emoties, het is een uitlaatklep en kan rust en troost bieden. De muziek, maar ook de trillingen die vrijkomen, doet iets met mensen.”

Welke impact hebben je optredens in ziekenhuizen?

“Muziek geeft troost en verlichting. Bij mijn concerten in ziekenhuizen en zorginstellingen komen veel emoties en tranen vrij en mensen zijn ontzettend dankbaar. Ze zijn er even uit, hun hart kan even ontsnappen, naar een andere wereld, het ziekenhuis uit. De eerste keer dat ik op de afdeling oncologie van een ziekenhuis speelde, was daar een vrouw die mijn komst als een teken zag dat ze moest stoppen met haar medicatie. Ze wilde naar huis om te sterven. Door de muziek vonden zij en haar familie de rust voor dit bijzondere moment. Dit soort optredens en verhalen hebben natuurlijk ook een impact op mij. Ik sta open, juist omdat ik zo veel wil geven; ik ben gevoelig en alles komt binnen. Na afloop ben ik leeg en moe. Maar wel ontzettend voldaan.”

Waarin verschilt een optreden in een theater van een optreden in een ziekenhuis?

“In een ziekenhuis wil ik de muziek zo direct mogelijk naar de mensen brengen, zonder dat er iets tussen komt. Dat doe ik door mezelf er helemaal tussenuit te halen, mezelf uit te schakelen. Alles staat in dienst van de muziek. Niets anders is op dat moment belangrijk. Op een podium speel ik ook met volledige overgave, maar daar speel je zelf ook een rol. Dan maak je je toch ook een beetje druk of je make-up en je haar goed zitten. In een ziekenhuis ben ik daar totaal niet mee bezig. Bij elk optreden geef ik alles van mezelf, maar in een ziekenhuis is het van levensbelang. Het zijn misschien de laatste klanken die de mensen horen. Vergelijk het met een knuffel: als ik iemand omhels, dan is dat altijd oprecht, maar je doet het toch met een ander gevoel als je weet dat het de laatste keer zou kunnen zijn.”

Hoe kies je je repertoire voor die optredens?

“In een ziekenhuis of verzorgingstehuis speel ik geen heftige Rachmaninoff, maar zachte, rustige stukken: eigen werk, Chopin, Einaudi. Tijdens de voorbereiding thuis probeer ik aan te voelen of mijn muziekkeuze klopt, maar eigenlijk zijn deze optredens niet voor te bereiden. Je moet toch inspelen op het moment. Als er iemand naar me toe komt die wil zingen, dan doen we dat. Zo trad ik eens op voor demente ouderen en was er een vrouw die sinterklaasliedjes wilde zingen. Dat deden we en ze werd een totaal ander mens, ze kwam weer helemaal tot leven.”

Wat zou je doen als je moest kiezen: concertzalen of ziekenhuizen?

“Ik volg mijn hart en wil het graag allebei blijven doen: spelen in concertzalen én in instellingen. Het een inspireert en versterkt het ander. Toen ik die sinterklaasliedjes speelde, vond ik dat zo leuk en waren de reacties zo positief dat ik al bijna had toegezegd om elke zaterdag te komen spelen. Maar dan zouden mijn andere concerten in het gedrang komen. Om ervoor te zorgen dat ik in instellingen kan blijven spelen heb ik de Music for Shelter Foundation opgericht. Die stelt me in staat om verder te kunnen gaan met wat ik doe, maar ik wil méér. Vorig jaar speelde ik tijdens mijn jaarlijkse kerstdiner voor daklozen en minima. De kleine meisjes die er waren hingen aan mij en mijn piano. Via de stichting wil ik zulke kinderen toegang geven tot muziek. Voor hen kan muziek een medicijn met preventieve werking zijn.”

"Van mijn leven op straat heb ik geleerd dat iedereen een verhaal heeft"

Hoe heeft jouw jeugd je gevormd?

“Mijn droom was om concertpianiste te worden. Daarom ben ik al jong het huis uitgegaan. Dat is een moeilijke tijd geweest. Ik ben misbruikt en was een paar maanden dakloos. Mijn tijd op straat was vaak supereenzaam, maar ik heb altijd gevoeld: dit ga ik ombuigen, dit gaat mij voeden. Ik hield mezelf voor dat het zin had als ik het kon omzetten. Al schreef ik er maar over in mijn dagboek of maakte ik er een gedicht over, dan was het toch bruikbaar en waardevol geweest. Ik kan het nu goed romantiseren, maar het was natuurlijk wel een zware tijd. Van mijn leven op straat heb ik geleerd dat ik niet moet oordelen en dat iedereen een verhaal heeft. Luister naar mensen, kijk ze aan, vraag hoe het gaat, raak ze aan; dat heeft impact. Er zijn zo veel mensen die eenzaam zijn. Iedereen vecht met dingen. Mensen het gevoel geven dat ze er mogen zijn is heel belangrijk. Mensen zíén is misschien wel het beste medicijn.”

Tekst Annemique de Kroon, beeld Anne Huijnen